13
Tegen twee uur ’s morgens prikten mijn ogen, deed mijn rug zeer en had ik de smaak van oude koffie in mijn mond. De vloer van mijn slaapkamer lag bezaaid met tientallen verknipte tijdschriften en twee van mijn vingers plakten steeds aan elkaar doordat er een laag lijm op zat.
Maar mijn advertenties voor May waren niet slecht.
Ik keek naar de papieren die op mijn bed lagen uitgespreid. Ik was rond middernacht van strategie veranderd en had besloten het idee van een pagina vullende advertentie van de hand te doen. In plaats daarvan had ik vier advertenties van een kwart pagina gemaakt. Ik had foto’s en woorden uit verschillende tijdschriften geknipt om collages van mijn lay-outs te maken. Ik zag de advertenties voor me op opeenvolgende pagina’s van een tijdschrift, zo een soort vervolgverhaaltje vormend.
In mijn eerste advertentie keek een mooie, jonge vrouw recht in de camera. Ze zat aan een tafeltje in een restaurant en tegenover haar zat een grijze man met een stok.
‘HIJ ZEI DAT HIJ ZESENTWINTIG WAS,’ stond er in vetgedrukte rode letters boven haar hoofd.
Op de tweede advertentie keek een man geschokt naar een afschrift van zijn creditcard. Deze keer stond er in vette rode letters: ‘IK NAM HAAR MEE UIT ETEN, ZIJ NAM MIJN CREDITCARD.’
Op mijn derde advertentie zag je een vrouw die een gouden trouwring liet zien. ‘WE GINGEN SAMEN EEN WEEKENDJE WEG. TOEN BELDE ZIJN VROUW.’
Mijn laatste advertentie was een simpel zinnetje in dezelfde felrode letters op een zwarte achtergrond. ‘BLIND DATES. BIJ ONS ALLEEN AANGENAME VERRASSINGEN.’
Ik liet me, plotseling doodmoe, op mijn bed vallen. Hoe lang was het geleden dat ik een advertentie van begin tot eind in elkaar had gezet, in mijn eentje, zonder het uitentreuren te onderzoeken en samen te moeten werken met artdirectors en prima donna-modefotografen, ondertussen het ego van de klant strelend die steevast veranderingen eiste die mijn beste ideeën ondermijnden?
Niet sinds de universiteit, realiseerde ik me. Dat was de laatste keer dat ik mijn eigen baas was geweest. Dat was de laatste keer dat ik plezier in mijn werk had gehad.
Ik ging rechtop zitten en stopte de advertenties in mijn koffertje. Deze advertenties zouden geen prijzen winnen, maar ze zouden wel effectief moeten zijn voor May. En omdat ik zo hard had gewerkt, had ik vanavond nauwelijks aan Alex en Bradley gedacht. Ik had helemaal niet aan de nieuwe kleren gedacht die ik, nog in de tas, onder in mijn kast had verstopt. Ik had mezelf verloren in het project en had zoals altijd mijn gevoelens weggedrukt.
Zo zou mijn leven weer worden als ik die baan bij Givens & Associates kreeg, maar dan zonder het creatieve, bevredigende deel. Late avonden, brandende ogen en maagzweren die in mijn buik om ruimte vochten. Ik herinnerde mezelf eraan dat er natuurlijk ook een vet salaris aan vast zou zitten en personeelsopties en een titel heel hoog op het briefhoofd van het bedrijf.
Om de een of andere reden zwom Matts gezicht door mijn gedachten. Ik zag zijn bruine ogen en zijn grote glimlach zo duidelijk voor me alsof hij naast me op bed zat. Als hij hier nu was, zou hij een pizza met olijven en champignons voor ons bestellen, me treiteren omdat ik te hard werkte en tennisballen in zijn overhemd stoppen en zijn Cheryl-imitatie doen. Plotseling werd ik overvallen door een hevige golf heimwee naar hem.
Ik pakte mijn mobiele telefoon om zijn nummer te bellen maar legde hem toen langzaam neer. Hij lag vast te slapen. Met Pammy naast zich tegen hem aan als een trouw cypers katje. Nee nee, bitcherigheid stond me niet.
Ik pakte een boek op, bladerde er wat doorheen en liet het toen weer op mijn bed vallen. Ik dacht erover na om naar de woonkamer te gaan en tv te kijken, of een snack te maken. Maar ik had geen honger. En ik wilde geen tv kijken.
Ik was eenzaam.
Ik kon het niet langer ontkennen. Nu werk niet al mijn tijd en gedachten domineerde, besefte ik voor het eerst hoe weinig ik verder in mijn leven had. Behalve met Bradley, was ik het contact kwijtgeraakt met de meeste vrienden en vriendinnen van de middelbare school. Ik had niet eens een hobby. Ik had me vorig jaar opgegeven voor een breiklasje omdat ik dacht dat het mijn stress zou verlichten, maar het had een averechtse uitwerking toen ik me realiseerde dat ik meer dan honderd dollar en ongeveer hetzelfde bedrag aan uren had besteed aan het maken van een lelijke trui met een gat in het midden zo groot dat je er een basketbal doorheen kon gooien.
Wat had ik in mijn leven, naast die twee koffers vol designkleding en een handjevol advertenties dat ik gemaakt had?
‘Is dit wat je wilt?’ had Matt me gevraagd op de dag dat ik promotie zou krijgen. Ik had geen antwoord gegeven, daar was ik te uitzinnig voor geweest.
Nu dacht ik eraan hoe makkelijk het was om door Alex te worden opgeslokt, zelfs als volwassene, aan hoe trots mijn ouders op me waren, aan de jaren van hard werken, mijn nauwgezet samengestelde levensplan. Waarom had ik tijdens al die jaren van plannen smeden niet één keer een stapje naar achteren gedaan en nagedacht over wat ik wílde? Het had gewoon geleken alsof ik over een vooraf bepaald pad liep en er geen splitsingen voor me lagen die een andere kant op leidden. Mijn keuzen waren zo duidelijk geweest, zo voor de hand liggend dat ik er niet over na hoefde te denken. Totdat ik werd ontslagen – ik kromp in een reflex ineen toen ik eraan dacht – had ik geen enkele stap op dat goed gemarkeerde pad overgeslagen.
Maar sinds die ene avond was alles zo in de war gestuurd. Mijn angstaanval bij Givens & Associates, mijn koopwoede, mijn onverwachte nieuwe gevoelens voor Bradley… hoe was mijn leven zo snel zo ingewikkeld geworden?
‘Is dit wat je wilt?’ vroeg Matts stem weer.
Ik lag er even over na te denken.
Wat er daarna gebeurde overviel me.
‘Heb ik een keus?’ zei ik hardop.